17 juni vindt voor de tweede keer de Dag van het Erfrecht plaats. Deze dag staat in het teken van een deskundige begeleiding bij de afwikkeling van een erfenis. Wij wijzen je in dit kader graag op een onderwerp dat vaak niet helemaal duidelijk is: stiefkinderen erven niks van jou, maar daar kun je wel iets aan doen.
Eigen kinderen
Wettelijk gezien krijgen kinderen pas spullen uit jouw nalatenschap als beide partners zijn overleden. Als je iets anders wilt regelen voor je kinderen, kun je dat in een testament opnemen. Je kunt daarin bijvoorbeeld opnemen dat jouw kinderen bepaalde spullen of geld voor een studie krijgen.
Hertrouwen
Ook kun je in het testament bepalen dat jouw kinderen hun geld uit jouw nalatenschap krijgen als je partner (de stiefvader of -moeder van je kinderen) na jouw overlijden hertrouwt. Kinderen kunnen op dat moment ook hun wilsrechten uitoefenen als ze bepaalde spullen willen hebben.
Stiefkinderen
In tegenstelling tot eigen kinderen, zijn stiefkinderen geen erfgenamen. Als je wilt dat jouw stiefkinderen evenveel krijgen als jouw eigen kinderen, dan kun je ze benoemen dat erfgenamen in het testament. Je kunt daarin ook opnemen dat ze meedelen in de wettelijke verdeling. De stiefkinderen hebben dan evenveel recht op hetzelfde deel als jouw eigen kinderen. Ook kun je de stiefkinderen tot erfgenaam benoemen voor een kleiner of groter deel dan jouw eigen kinderen.
Wat zijn de fiscale gevolgen?
Voor stiefkinderen gelden automatisch dezelfde vrijstellingen voor de erfbelasting als voor jouw eigen kinderen. Dit geldt ook voor de stiefkinderen van ongehuwde samenwoners. Dan moet er wel naast een testament ook een samenlevingscontract zijn èn het overlijden van jou of jouw partner moet de oorzaak zijn van het einde van die samenleving.
Als iemand wilsonbekwaam is en er is geen levenstestament of notariële volmacht opgesteld, dan krijg je te maken met de wettelijke bescherming. De kantonrechter benoemt dan iemand die jouw financiële en/of medische belangen gaat behartigen.
Wie dat wordt, is afhankelijk van wat de rechter nodig vindt. Daar heb je zelf geen invloed meer op. Als je getrouwd bent en je partner is wilsbekwaam, dan zal de rechter toch een bewindvoerder benoemen. Dat kan je echtgenoot zijn, maar dat hoeft niet altijd.
Bewind
Ben je door je lichamelijke en/of geestelijke toestand tijdelijk of blijvend niet meer in staat je financiën te regelen? Dan benoemt de kantonrechter een bewindvoerder.
Bij een bewind wordt je vermogen beschermd. Je verliest de bevoegdheid om zelf te bepalen wat je met je vermogen doet of laat. Beslissingen daarover worden gemaakt door de bewindvoerder. Hij doet dit zoveel mogelijk samen met jou. Maar de bewindvoerder kan niet alles. Zo heeft hij voor het verkopen of schenken van goederen en het doen van grote uitgaven (boven de 1.500 euro) jouw toestemming nodig. Als je zelf die toestemming niet meer kunt geven, is een machtiging van de kantonrechter nodig. Dit geldt ook als de bewindvoerder je partner is. De bewindvoerder moet jaarlijks de financiële stukken aan de rechter laten zien.
Curatele
Ben je niet meer in staat je eigen financiële en andere persoonlijke belangen te behartigen? Dan kan de rechter een curator benoemen. Curatele is een zwaarder middel dan bewind. Hierdoor worden jouw persoonlijke belangen én je vermogen beschermd. Ben je onder curatele gesteld, dan ben je ‘handelingsonbekwaam’. Dat betekent dat je zonder toestemming van de curator geen rechtshandelingen mag verrichten.
Mentorschap
Mensen die hun persoonlijke belangen niet meer kunnen behartigen, zijn bijvoorbeeld dementerenden, verstandelijk gehandicapten, psychiatrische patiënten of mensen die in coma liggen. Als de arts geen naaste familie (wettelijke vertegenwoordiger) kan vinden, wordt er een mentor benoemd. Het gaat met name om beslissingen die moeten worden genomen over verzorging, verpleging, behandeling of begeleiding. De mentor neemt dan, zoveel mogelijk samen met jou, de beslissing. Bijvoorbeeld als je moet kiezen tussen wel of niet zelfstandig blijven wonen of als het gaat om een medische behandeling.
De snelle stijging van de hypotheekrente lijkt ten einde. Waar die in de eerste vier maanden van dit jaar nog bijna 2 procentpunten omhoog ging en in sommige gevallen verdubbelde, ging het tempo in mei omlaag. Volgens hypotheekadviseur De Hypotheker wijst dit op een afvlakking.
Kleiner bedrag lenen
De snelle stijgingen van de rente hebben ervoor gezorgd dat huizenkopers een kleiner bedrag kunnen lenen. ”Een stel met een gezamenlijk inkomen van 75 duizend euro met een rentevaste periode van twintig jaar kon in januari nog bijna 385 duizend euro lenen, tegen 1,94 procent”, stelt Michel van den Akker, directievoorzitter van De Hypotheker. Nu de rente bijna twee keer zo hoog is, ligt dat bedrag ruim 18 duizend euro lager. ”Een bedrag dat het verschil kan maken of je je droomhuis wel of niet kunt kopen”, zegt Van den Akker.
Minder overbieden
Maar dat leidt ook tot minder geïnteresseerden in een huis, wat volgens hem iets positiefs is. ”Huizenkopers zijn minder gedwongen ver boven de vraagprijs te bieden. Dat zorgt voor afkoeling van de huizenmarkt en dat is een gezonde ontwikkeling.”
Hypotheekrente zal stabiliseren
De Europese Centrale Bank (ECB) zal waarschijnlijk in juli een begin maken met het verhogen van de rente om daarmee de inflatie te beteugelen. De Hypotheker verwacht niet dat de invloed daarvan op de hypotheekrente groot zal zijn, omdat de verhoging van de beleidsrente al grotendeels is ingeprijsd in de markt. ”We verwachten dan ook dat de hypotheekrente zal stabiliseren”, aldus de directievoorzitter.
De vereniging Familie- en erfrecht Advocaten Scheidingsmediators (vFAS) ziet een toename van samenwonenden die problemen krijgen wanneer zij uit elkaar gaan. Vooral omdat veel stellen hun zaken juridisch niet goed kunnen regelen.
Mensen treden minder snel in het huwelijk
Er wonen zo’n miljoen stellen bij elkaar zonder getrouwd te zijn. In 400 duizend gevallen hebben ze kinderen. In 1995 was slechts 12 procent van de samenwoners ongehuwd. In 2021 is dat verdubbeld naar 24 procent.
Alexander Leuftink, vFAS-voorzitter, ziet een tendens dat mensen minder snel in het huwelijk treden. “Ze leven meer informeel samen. Dus niet getrouwd, maar gedragen zich wel zo: ze kopen een huis, een auto, gaan gezamenlijk een bankrekening aan en krijgen kinderen.” Dat gaat gedurende de relatie goed, maar op moment dat partijen uit elkaar gaan, ziet de vereniging in toenemende mate problemen. “Omdat er niets is geregeld.”
Onder de armoedegrens
Bram Hogendoorn promoveerde deze maand op het thema ‘scheiding en ongelijkheid’. “Eigenlijk zien we dat vrouwen over de hele breedte gevolgen ervaren van scheiding. Hoog en lager opgeleid. Lager opgeleide vrouwen belanden vaker onder de armoedegrens”, zegt Hogendoorn. “Daarvan komt 58 procent onder de armoedegrens in het jaar van de scheiding.” Het zijn met name vrouwen met kinderen.
Afspraken vastleggen in een samenlevingscontract
De wet heeft niets geregeld voor samenwoners. Het is dus belangrijk om afspraken vast te leggen. Dat kan in een samenlevingscontract. Daarin kun je aangeven welke spullen van jou persoonlijk zijn en wat gezamenlijk is. Dit geldt ook voor de schulden. Je kunt ook afspraken maken over de financiën. Denk aan het geld voor de boodschappen of voor het gas, water en licht. Maar ook wat er moet gebeuren met het huis of pensioen als je uit elkaar gaat.
Belangrijkste verschillen met trouwen en geregistreerd partnerschap
- Als je samenwoont, is je relatie niet officieel vastgelegd. Er gelden geen rechten en plichten;
- Fiscaal partnerschap en het krijgen van een partnerpensioen moet je zelf regelen;
- Als je samen kinderen krijgt, heeft alleen de biologische moeder automatisch het gezag;
- Er is geen gemeenschap van goederen en er is ook niets geregeld als je uit elkaar gaat. Behalve onderhoudsplicht voor gezamenlijke kinderen;
- Bij het overlijden van één van de partners is de andere partner geen erfgenaam. De gezamenlijke bezittingen worden gelijk verdeeld onder de partner die achterblijft en de familie van de overleden partner.
Bij de notaris worden vertrouwelijke zaken besproken. Het is belangrijk dat je dit met een gerust gevoel kunt doen. Daarom heeft elke notaris in Nederland een eed afgelegd, waarin hij of zij belooft zich aan een aantal verplichtingen te houden. Dit zijn de belangrijkste:
Iedereen is welkom bij de notaris
Een notaris is verplicht om diensten aan het publiek te verlenen. Dit noemen we ministerieplicht. Hij of zij mag in principe niemand weigeren, ook niet als iemand een crimineel verleden heeft. Alleen bij bijzondere, uitzonderlijke omstandigheden mag een notaris iemand weigeren.
De notaris is altijd onpartijdig
De notaris is onafhankelijk en onpartijdig. De notaris behartigt de belangen van alle betrokkenen, ook betrokkenen met wie de notaris geen rechtstreeks contact heeft. Een voorbeeld: Als een stel in huwelijkse voorwaarden laat vastleggen dat alle bezittingen en schulden apart blijven, dan zal de (kandidaat-)notaris de consequenties hiervan voor de partner die thuis blijft om voor de kinderen te zorgen nog eens extra uitleggen.
Bij de notaris blijft alles geheim
Een notaris mag geen informatie verstrekken aan derden. Er geldt een geheimhoudingsplicht. In bepaalde gevallen zijn daarop wel uitzonderingen. Bijvoorbeeld als de politie de notaris vraagt informatie te delen over het betalingsverkeer. Daarnaast geldt er ook een meldingsplicht. Dit betekent dat ongebruikelijke transacties gemeld moeten worden. Dit staat in de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme. Wat betekent dit in de praktijk? En wat merk je ervan? Dat lees je hier.
Nederland telde eind vorig jaar 142.900 huizen die meer dan 1 miljoen euro waard zijn. Dat is 69 procent meer dan een jaar eerder, terwijl het jaar ervoor het aantal miljoenenwoningen ook al met 40 procent was gestegen. Dit staat in een jaarverslag van Calcasa, een vooraanstaand technologiebedrijf dat geautomatiseerd vastgoed waardeert aan de hand van een statistische analyse.
Zwolle, Tilburg en Eindhoven
Eind 2019 waren er in Nederland nog zo’n 60 duizend miljoenenwoningen, een jaar later was dat aantal gestegen naar 84.400. Vooral in Zwolle, Tilburg en Eindhoven groeide het aantal woningen met een waarde van boven de miljoen euro flink, met meer dan 70 procent. Amsterdam was met 14 duizend woningen nog steeds de stad met veruit de meeste dure woningen. Het aantal nam daar wel minder hard toe dan gemiddeld.
Prijsstijging
De toename van het aantal miljoenenwoningen wordt logischerwijs veroorzaakt door de stijgende huizenprijzen. Het afgelopen jaar betaalden kopers van bestaande woningen volgens cijfers van het CBS gemiddeld 7,8 procent meer dan in 2019.
Miljonair?
Of de bewoners van de 142.900 huizen (3 procent van de koopwoningvoorraad) zich nu miljonair mogen noemen, kun je je nog afvragen. ”Het is natuurlijk een papieren werkelijkheid en die is zeker bij dure huizen variabel”, zegt Marcel Warnaar, woningmarktspecialist van het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud). ”Er is een relatief kleine groep mensen die het geld kan neertellen op het moment dat zo’n huis te koop staat. Dat betekent dat de waarde ook snel kan dalen als die groep het financieel slechter krijgt.”
”Zolang je niet verhuist, kun je niks voor de gestegen waarde kopen en ook andere huizen zijn stevig in waarde gestegen”, vervolgt Warnaar. ”Wel profiteren deze mensen ervan als ze eventueel kleiner en natuurlijk vooral goedkoper gaan wonen. Percentueel is hun vermogen evenveel gegroeid, maar in harde euro’s stijgt dat sneller dan bij mensen in een goedkoper huis.”
