079 - 329 44 55  |  info@vanloenen-degroot.nl  | 

ma t/m vr: 9:00 - 17:00 uur

 

Over ons

Notariskantoor Van Loenen & De Groot is gevestigd aan de Moeder Teresasingel 88 in Zoetermeer. Neem gerust contact met ons op voor meer informatie of kom langs op ons kantoor. U bent altijd welkom. Wij zijn van maandag tot en met vrijdag bereikbaar van 09:00 uur tot 17:00 uur.

Offerte aanvragen

Na het aanvragen van de offerte, sturen wij deze doorgaans binnen een dagdeel naar u toe. De offerte wordt afgegeven op basis van de gegevens die op dat moment door u zijn verstrekt aan ons. Heeft u vragen? Neemt u gerust contact met ons op, we staan u graag te woord.

Familierecht

Voor alle notariële zaken en vragen rondom familierecht kunt u terecht bij Notariskantoor Van Loenen & De Groot. Wij zijn u graag van dienst.

Onroerend goed

Als u een woning of grond gaat (ver)kopen wilt u zeker zijn dat alles goed geregeld is en u niet voor verrassingen komt te staan. Wij helpen u hier graag bij!

Ondernemingsrecht

Een mix van emoties. Trots en gespannen! U start niet iedere dag een eigen onderneming. Wij adviseren en begeleiden u graag. Kunt u rustig uw ondernemingsplan maken!

Nieuws

Lees al het nieuws rondom ons kantoor en het notariaat.

Dé Notaris in Zoetermeer

In 2023 bestaat het geregistreerd partnerschap 25 jaar. Sinds de invoering is deze vorm van verbintenis populairder geworden, vooral onder stellen van verschillend geslacht. Het aantal partnerschapssluitingen steeg vanaf 2001 bijna elk jaar, vooral sinds 2014. In 2022 was er voor het eerst weer een afname. Dat meldt het CBS op basis van voorlopige cijfers.

Minder geregistreerd partnerschappen, meer huwelijken

In 2022 werden ruim 24 duizend partnerschappen gesloten, zo’n 2.000 minder dan het jaar ervoor. Daar staat tegenover dat het aantal huwelijken vorig jaar wel toenam. In 2022 stapten 69.600 stellen in het huwelijksbootje, tegenover 56.400 stellen in 2021.

De stijging is waarschijnlijk een gevolg van het einde van de coronapandemie, waardoor veel stellen hun huwelijk uitstelden of kozen voor een partnerschap. Het aantal geregistreerd partnerschappen nam gedurende de coronajaren wel toe.

Steeds meer heterostellen kiezen voor partnerschap

Het geregistreerd partnerschap werd in 1998 geïntroduceerd, vooral om het ook voor paren van gelijk geslacht mogelijk te maken om hun relatie formeel vast te leggen. In het eerste jaar sloten 3 duizend paren van gelijk geslacht een geregistreerd partnerschap: 1,7 duizend mannenparen en 1,3 duizend vrouwenparen. In de jaren daarna namen deze aantallen af. Sinds 2001, toen stellen van gelijk geslacht voor het eerst mochten trouwen, kiest de meerderheid voor het huwelijk.

Ook heteroparen kozen in het eerste jaar al voor het geregistreerd partnerschap, al waren zij toen nog in de minderheid. In de loop van de jaren hebben heteroparen meer belangstelling gekregen voor deze vorm van verbintenis.

Stellen steeds jonger bij partnerschapssluiting

Aanvankelijk waren paren die voor een geregistreerd partnerschap kozen gemiddeld ouder dan paren die trouwden. Inmiddels verschilt de gemiddelde leeftijd nog nauwelijks, en zijn mensen die een partnerschap sluiten zelfs iets jonger. Sinds 1998 nam de gemiddelde leeftijd van mensen bij een partnerschapssluiting af, terwijl die van mensen die trouwden juist verder toenam.

Partnerschap gaat vaker gepaard met belangrijke gebeurtenis

Geregistreerd partners lijken hun relatie zakelijker te benaderen dan mensen die trouwen. Zo vinden huwelijken relatief vaak plaats op vrijdagen in de lente en nazomer. Voor partnerschappen is maandag de populairste dag, en ze worden gedurende het hele jaar gesloten. Ook gaat het partnerschap vaker dan een huwelijk gepaard met een andere belangrijke gebeurtenis, zoals een verhuizing of het krijgen van een kind. Zo kreeg 53 procent van de stellen die de afgelopen jaren een partnerschap sloten, binnen een jaar een kind en/of verhuisde. Bij getrouwde stellen was dit 32 procent.

De afgelopen tijd kon je er niet omheen: de zaak tussen Rachel en Roxeanne Hazes over de erfenis van de volkszanger. Rachel mag zich voorlopig erfgenaam blijven noemen, ook al is ze dat volgens het testament niet. Hoe zit dat?

Verdeling van de erfenis

André Hazes is in 2004 overleden. Op dat moment was hij getrouwd met Rachel. Hazes heeft in zijn testament laten opnemen dat zijn vrouw geen erfgenaam is als er op het moment van zijn overlijden een echtscheidingsprocedure loopt. Begin 2005 is de erfenis van Hazes verdeeld. Toen is door alle betrokkenen (de weduwe, de executeur én de belangenvertegenwoordiger van de kinderen) beslist dat alles wat tot de huwelijksgoederengemeenschap behoorde (waaronder de erfenis) aan de weduwe wordt toegekend. Omdat zij daardoor meer kreeg dan waar zij recht op had, is zij aan beide kinderen een bedrag verschuldigd. Dat bedrag is toen berekend.

Te laat

Roxeanne spande een kort geding aan, ook wel een spoedprocedure genoemd. Maar omdat zij al in 2020 wist wat er in het testament van haar vader stond, is er geen sprake meer van een spoedeisend belang. Dat maakt een kort geding dus niet de geschikte plek om de familieruzie verder uit te vechten en hoort daarmee thuis in een bodemprocedure. Tot nader order mag Rachel zich dus erfgenaam blijven noemen.

Wat kan je in een testament vastleggen?

In een testament leg je vast wat er met jouw geld, huis, bezittingen en schulden moet gebeuren na je overlijden. Is er geen testament, of zijn de in het testament aangewezen erfgenamen en hun kinderen overleden, dan bepaalt de wet wie jouw erfgenamen zijn. De nalatenschap wordt in gelijke delen verdeeld tussen de partner en eventuele kinderen. Met een testament kan van de wettelijke verdeling worden afgeweken.

Partner onterven

Als je niet wilt dat je partner, waarmee je bent gehuwd of geregistreerd als partner, deelt in je nalatenschap, dan kun je hem of haar in het testament onterven. Nadat je partner onterfd is, heeft hij of zij nog wel rechten. Bijvoorbeeld het recht om in het huis te blijven wonen, ook al staat het huis niet op diens naam. Ook kan je partner (als hij of zij zelf geen inkomen heeft) geld uit je nalatenschap opeisen voor dagelijkse levensbehoeften.

Op 5 december 2022 is het wetsvoorstel ter implementatie van de Europese Mobiliteitsrichtlijn bij de Tweede Kamer ingediend. Dit diende uiterlijk op 31 januari 2023 in de Europese lidstaten te zijn geïmplementeerd. Nederland heeft dit niet gehaald.

Wat houdt het wetsvoorstel in?

Het Wetsvoorstel bevat onder meer een fraudetoets bij grensoverschrijdende verrichtingen én biedt meer waarborgen voor aandeelhouders, schuldeisers en werknemers bij grensoverschrijdende verrichtingen. Ook moeten in de wetgeving regels zijn opgenomen voor bijvoorbeeld het opstellen en openbaar maken van een plan voor een fusie.

Voor grensoverschrijdende fusies bestaat er al wetgeving in Nederland. Dat is niet het geval voor grensoverschrijdende omzettingen en splitsingen. Alleen het Europees Hof van Justitie kan daarover nu op eigen gezag uitspraak doen.

Naar de rechter

In de nieuwe wetgeving moet het gaan om bijvoorbeeld het proces en de waarborgen voor aandeelhouders, schuldeisers en werknemers. Die moeten bijvoorbeeld naar de rechter kunnen stappen als ze het niet eens zijn met een omzetting of een splitsing.

Notarissen moeten fraudetoets kunnen uitvoeren

Daarnaast moeten notarissen het recht krijgen om een fraudetoets uit te voeren voordat een fusie, splitsing of omzetting wordt doorgevoerd. Wanneer zij constateren dat een grensoverschrijdende fusie, splitsing of omzetting wordt gebruikt voor onrechtmatige of andere frauduleuze doeleinden, kunnen zij de toestemming hiervoor ontzeggen en beschikken zij over de bevoegdheid nader onderzoek te verrichten.

Daadwerkelijke invoering

Op korte termijn wordt deze wetgeving echter niet doorgevoerd. Er is al een wetsvoorstel, maar de daadwerkelijke invoering is nog ver weg. Ook is de Kamer van Koophandel nog lang niet klaar om de benodigde documentatie digitaal te verwerken via de registers. Het bestaande digitaal systeem moet hiervoor eerst worden aangepast.

Als het gaat om nieuwbouwwoningen, hebben ouderen het moeilijk op de woningmarkt. Bij de bouw krijgen levensloopbestendige woningen voor deze doelgroep te weinig aandacht. Hierdoor stagneert de doorstroming en de ruimte op de woningmarkt. Dit blijkt uit een onderzoek van NVM van 140 duizend verhuizingen binnen de Nederlandse koopsector en een enquête van NVM-makelaars.

Doorstroom woningmarkt

Rieks van den Berg, NVM-bestuurslid vakgroep Wonen en makelaar over het onderzoek: “De uitkomsten van dit onderzoek zijn waardevol en zeggen ons veel over het gedrag van de doelgroep senioren. Tegelijk maken we ons zorgen over de beperkte aandacht voor deze doelgroep in de ontwikkeling van nieuwbouw. Senioren hechten aan hun zelfstandigheid en onafhankelijkheid en willen een levensloopbestendige comfortabele woning die dat biedt.

We doen daarom de oproep hierin beter te voorzien. Daarmee komt ook de doorstroming op de totale woningmarkt in beweging. Een senior maakt een woning vrij waar weer een jong gezin in kan wonen. Dit gezin maakt daarmee weer een kleinere woning vrij die dan weer beschikbaar komt voor starters. Dat helpt alle woningzoekers weer vooruit want het aanbod kan de vraag nog zeker niet aan.”

Iedereen baat bij bouw levensloopbestendige woningen

Ruim twee derde van de NVM-makelaars die deelnamen aan de enquête, geeft aan dat er in hun regio nog te weinig aandacht is voor de wensen van ouderen in de woningbouw. Dit terwijl zowel de vergrijzende Nederlandse bevolking als de complete woningmarkt gebaat zijn bij het bouwen van meer levensloopbestendige woningen. Bouwen voor de doorstroming van ouderen opent namelijk deuren voor woningzoekers van alle generaties. Minister de Jonge heeft dit opgenomen in het programma “Wonen en zorg voor ouderen.” Daarbij moet een derde deel van de per 2030 te realiseren 900 duizend huizen geschikt zijn voor ouderen.

Als een naaste overlijdt, komen er veel emoties op je af. Een moeilijke periode, waarbij er ook veel praktische zaken geregeld moeten worden, onder andere bij de notaris. Het is dan belangrijk om de termijn van drie maanden in de gaten te houden.

Drie maanden

De wet hanteert een termijn van drie maanden voor diverse zaken met betrekking tot het afwikkelen van een erfenis. Denk aan het ongedaan maken van de wettelijke verdeling, bijvoorbeeld vanwege de te betalen erfbelasting. En als een van de erfgenamen minderjarig is of onder bewind staat, wordt de erfenis voor die erfgenamen na drie maanden automatisch beneficiair aanvaard. Wil je wat anders, dan moet je dat binnen drie maanden aanvragen bij de kantonrechter. Na deze periode kun je sommige zaken niet meer regelen.

Vraag vrijblijvend advies aan onze notaris als je er niet helemaal uitkomt!

Ongedaan maken wettelijke verdeling

De wet geeft de langstlevende het recht om de wettelijke verdeling ongedaan te maken. Hieraan zijn wel een aantal voorwaarden verbonden. De langstlevende moet namelijk binnen drie maanden na het overlijden verklaren dat hij of zij de wettelijke verdeling ongedaan maakt. Deze verklaring moet in een notariële akte zijn opgenomen, die vervolgens ook binnen diezelfde drie maanden moet zijn ingeschreven bij de rechtbank.

Als aan alle voorwaarden is voldaan, dan is de wettelijke verdeling ongedaan gemaakt en is het alsof er helemaal geen wettelijke verdeling is geweest. Dat wil zeggen: de langstlevende en de kinderen worden allen tezamen als ‘gelijke’ erfgenamen eigenaar van alle bezittingen en schulden van de nalatenschap en moeten dus ook met elkaar samenwerken om de nalatenschap te verdelen.

Let op: Het is niet mogelijk om de wettelijke verdeling deels ongedaan te maken, bijvoorbeeld alleen voor bepaalde bezittingen en/of schulden. Het is dus alles of niets.

Alternatief: regel het in een testament

De wettelijke verdeling ongedaan maken kent dus zelf ook nadelen: de langstlevende moet dit binnen de korte termijn van drie maanden na overlijden beslissen en de wettelijke verdeling kan niet deels ongedaan worden gemaakt. Daarnaast wordt de langstlevende, in het geval hij of zij de wettelijke verdeling ongedaan maakt, voor de verdeling van de nalatenschap afhankelijk van de medewerking van de kinderen. Met een goed testament kan dit worden opgevangen. Onze notaris adviseert je hier graag over.

De beste wensen voor 2023! Traditiegetrouw brengt het nieuwe jaar veranderingen met zich mee op het gebied van onder andere financiën. We zetten de belangrijkste voor je op een rij.

Het minimumloon gaat omhoog

Het minimumloon gaat met 10,5 procent omhoog. Het minimummaandloon was in 2022 1756,20 euro, in 2023 is dat 1934,40 euro voor werknemers van 21 jaar en ouder.

Het basistarief in de inkomstenbelasting lager in 2023

Het basistarief in de inkomstenbelasting daalt van 37,07 procent naar 36,96 procent. Dit tarief geldt voor inkomens tot 73.031 euro. Werkenden houden door deze verlaging maximaal 102 euro per jaar over.

De jubelton verdwijnt

Tot 2022 konden ouders hun kinderen nog belastingvrij ruim een ton schenken voor de aankoop van een huis. Dat bedrag wordt verlaagd naar 28.947 euro. Dat is hetzelfde bedrag als ouders überhaupt vrij mogen schenken aan hun kinderen.

Subsidie voor energiebesparende maatregel

Huiseigenaren die maar één energiebesparende maatregel nemen, kunnen daar vanaf dit jaar subsidie voor aanvragen tot 15 procent van de kosten. Dat was in 2022 alleen maar mogelijk voor meerdere maatregelen tegelijk en tot 20 procent van de kosten. Als je meerdere energiebesparende maatregelen neemt, gaat het tarief naar 30 procent.

Vennootschapsbelasting gaat omhoog

De grens voor het lage tarief in de vennootschapsbelasting (vpb) gaat omlaag van 395 duizend euro winst naar 200 duizend euro. Het lage tarief van 15 procent gaat omhoog naar 19 procent.

Bedrijven met een winst vanaf 200 duizend euro betalen vanaf 1 januari 2023 het hoge tarief. Dat tarief gaat omhoog van 25 procent naar 25,8 procent.

Vrijstellingen voor schenkingen hoger

De vrijstellingen voor de schenkbelasting worden eveneens aangepast aan de inflatie. Deze indexatie is hoger: 6,3 procent.

Dit betekent dat ouders komend jaar 6.035 euro belastingvrij mogen schenken aan hun kind. Dat is nu nog 5.677 euro. Voor overige schenkingen geldt een vrijstelling van 2.418 euro (tegen 2.274 euro in 2022).

Hypotheekrenteaftrek verder omlaag in 2023

Voor mensen met een inkomen boven 73.031 euro gaat de hypotheekrenteaftrek in 2023 verder omlaag, van 40 procent naar 36,93 procent. Heb je een lager inkomen? Dan heeft deze verandering geen invloed op je aftrekposten.

Schuiven naar boven
Call Now Button